Een bevoorrecht volk. Naar soeverein welbehagen en opzoekende liefde in Christus mocht hij hier behoren tot een bevoorrecht volk, een volk gekocht met het bloed van Christus. Hij is ouderling geweest in Ederveen, maar de Heere had hem echter bestemd voor een nog groter en gewichtiger werk. In 1961 werd hij door het Curatorium toegelaten tot de studie, om opgeleid te worden tot dienaar des Woords. Op 28 augustus 1963 werd hij, die op 1 oktober 1921 het levenslicht aanschouwde, door zijn docent dr. C. Steenblok in dit gewichtvolle ambt in zijn eerste gemeente te Alblasserdam bevestigd, met het slotgedeelte van Jeremίa 1 vers 9: En de HEERE zeide tot mij: Zie, Ik geef Mijn woorden in uw mond.
Dit heeft de Heere waar gemaakt in zijn ambtelijk leven.
Een bevoorrecht volk
Een zevental Schriftuurlijke, bevindelijke predicaties die nooit eerder zijn uitgegeven.
Ds. M. van Beek (1921-1983)
In leven predikant der Gereformeerde Gemeente in Nederland te Alblasserdam (1963-1966) en Opheusden (1966-1983).
Ds. F. Mallan in De Wachter Sions van 19 mei 1983
Gods ware volk heeft mogen ervaren, hoe de Heere hem de woorden in de mond legde tot vertroosting van het ware Sion Gods. We hebben niet alleen uit zijn eigen mond, maar ook uit die van de hoorders mogen vernemen, met hoeveel opening des harten hij in deze laatste tijd bijvoorbeeld te Gouda en te IJsselmuiden, tot vertroosting ook voor Gods volk het Woord heeft mogen bedienen.
Daarin werd dan ook bevestigd wat onze bevestigingstekst mocht zijn als wij hem tot zijn dienstwerk hebben ingeleid te Opheusden, wat geschiedde op 22 september 1966 met de bekende woorden uit Jes. 40: "Troost, troost Mijn volk, zal ulieder God zeggen enz."
Onze geliefde broeder is niet meer, althans niet meer hier op aarde. Als leraar zijn we thans alleen overgebleven. We hopen dat de Heere ons in onze student, van wie we hopen dat hij volgende week met goed gevolg examen zal mogen afleggen en beroepbaar zal worden gesteld, een zelfde steun zal doen vinden als in onze overleden ambtsbroeder. Twee zijn immers beter dan één. Met broeder Van Beek mocht evenals met broeder Pannekoek de band worden bewaard tot het ogenblik van het overlijden. In deze laatste jaren hebben we in het bijzonder veel met elkander meegemaakt.
In het ziekenhuis hebben we hem in die veertien dagen dat hij daar nog moest zijn. gedurig mogen bezoeken en nog aangename gesprekken met hem mogen voeren. De Heere had hem voordat hij naar het ziekenhuis moest worden overgebracht kennelijk van alles losgemaakt. Toen er enig herstel scheen te komen, greep hij weer naar het leven, waardoor er ook weer duisternissen kwamen in zijn ziel. We hebben hem erop mogen wijzen dat hij zich maar op het sterven moest voorbereiden, daar de Heere hem daar toch ook op voorbereid had. De dag voor zijn sterven heeft de Heere hem echter bijzonder willen verlevendigen. De verpleegsters in het ziekenhuis zijn er getuigen van geweest. Hij heeft zich van allen vrijgemaakt die hem hielpen. Zo mocht hij predikant zijn tot zijn stervensure toe.
Ds. M. van Beek | Een bevoorrecht volk